Dit boek is een handleiding voor COMET, een kortdurende bewezen effectieve behandelmethode voor zelfbeeldproblematiek. COMET voor negatief zelfbeeld is gebaseerd op de principes en uitgangspunten van Competitive Memory Training (COMET). De methode geeft goede behandelresultaten op verschillende probleemgebieden, waaronder negatief zelfbeeld. COMET kan gecombineerd worden met cognitieve gedragstherapie voor diverse andere problemen, zoals stemmingsproblemen, psychose, autisme, eetstoornissen, persoonlijkheidsproblematiek, of een angststoornis.Deze 2e editie van dit veelgebruikte behandelprotocol COMET voor negatief zelfbeeld is volledig geactualiseerd. In deze nieuwe editie ligt de focus op de toepassing in de individuele therapie, daarnaast kan het ook voor behandeling in groepen gebruikt worden. De behandeling wordt stap voor stap beschreven. Daarbij wordt de praktijk uitvoerig geïllustreerd aan de hand van casuïstiek en videofragmenten van therapiesessies. Het behandelprotocol COMET voor negatief zelfbeeld bestaat uit een handleiding voor de therapeut en een werkboek voor de cliënt: Verbeter uw zelfbeeld in 7 stappen.COMET voor negatief zelfbeeld is onderdeel van de reeks Protocollen voor de ggz. Elk deel geeft een stapsgewijze omschrijving van de behandeling van een specifieke psychische aandoening weer. De theorie is beknopt en berust op wetenschappelijke evidentie. Protocollen voor de ggz is bedoeld voor psychologen, psychotherapeuten, psychiaters en andere hulpverleners.
Dit boek biedt een leidraad voor de dagelijkse werkzaamheden van de POH-GGZ. Deze herziene versie van het Handboek POH-GGZ is geactualiseerd, verdiept en uitgebreid. Het biedt een overzicht van de belangrijke thema's en patiëntgroepen die de generalistische POH-GGZ ziet. Zo is er aandacht voor aanpassingsklachten, angst- en stemmingsklachten, overspanning/burn-out en chronisch psychiatrische problematiek. Modellen uit het methodisch referentiekader, zoals cognitieve gedragstherapie, positieve psychologie en het KOP-model worden beschreven, evenals de voorwaarden waaraan correcte dossiervoering dient te voldoen.
Naast extra aandacht voor jeugd en jongeren is er een nieuw hoofdstuk over ouderen. Nieuw zijn ook o.a. ALK, geboortezorg, schematherapie en gender- en seksespecifieke zorg. Ook is er aandacht voor niet-patiëntgebonden taken zoals die noodzakelijk zijn voor positionering en deskundigheidsbevordering. Het boek nodigt uit tot reflectie over inhoud van de werkzaamheden en inspireert tot nascholing. Met de praktische handreikingen kan de POH-GGZ volwaardige psychologische zorg in de huisartsenpraktijk bieden.
Deze uitgave is bedoeld voor de professional die werkzaam is als POH-GGZ of hiermee samenwerkt, zoals de huisarts, psychosomatisch fysiotherapeut, POH, wijkverpleegkundige, apotheker-farmacotherapeut, psycholoog, psychiater en de beroepskrachten uit het wijkteam.
De auteurs werken als POH-GGZ en huisarts. Zij ervaren zelf het belang van samenwerking om goede patiëntenzorg te bieden. Daarnaast zijn er bijdragen geleverd door deskundigen met specifieke kennis die van belang zijn voor huisartsenzorg.
Dit boek is een praktische handleiding bij het diagnosticeren en behandelen van seksuele problemen. De probleemgerichte en uniforme hoofdstukopbouw geeft houvast aan allen die in de klinische praktijk werken met mensen met seksuele problematiek. Stapsgewijs wordt onderscheiden welke interventies bij welke klacht passend zijn.
Het boek biedt de seksuologische hulpverlener een praktisch naslagwerk in aanvulling op bekend veronderstelde kennis die zoveel mogelijk is geactualiseerd. Voor de niet-seksuologische professional biedt het boek een compact overzicht van noodzakelijke kennis om te kunnen diagnosticeren en vormt het een basis voor eenvoudige interventies en voor het adequaat verwijzen naar de seksuologische hulpverlening.
Het boek is een herziening van het in 2010 gepubliceerde boek Seksuele disfuncties. Diagnostiek en behandeling. De hoofdstukken over seksuele disfuncties zijn geactualiseerd en drie hoofdstukken zijn toegevoegd: Hyperseksualiteit, Parafilie en Genderdysforie. De toegenomen inzichten in definitie, concept, diagnostiek en behandeling van deze problematiek, en de behoefte vanuit de klinische praktijk om meer houvast en eenduidigheid, zette ons tot deze uitbreiding aan. Tevens zijn vignetten aan elk hoofdstuk toegevoegd om de klinische toepassing te illustreren.
Naast de tekst bevat elk hoofdstuk een beslismatrix waarin de te volgen strategieën in diagnostiek en behandeling beknopt worden weergegeven. De matrix duidt aan welke interventies bruikbaar zijn, mede afhankelijk van de complexiteit van het probleem en van de competenties waarover de clinicus beschikt. Diverse interventies zijn online beschikbaar.
Redactie
Dr. P. (Peter) Leusink, huisarts, seksuoloog NVVS, supervisor NVVS, docent, werkzaam bij de Seksuele Zaak, Utrecht
Drs. G. (Gertruud) Borst, GZ-psycholoog/psychotherapeut, seksuoloog NVVS, systeemtherapeut NVRG, supervisor NVVS en NVRG, docent, werkzaam bij GGZ PsyQ Beverwijk
Drs. Y. (Yvonne) Merkies, klinisch psycholoog/psychotherapeut, supervisor EMDR en VGCt, docent, manager behandelzaken bij Sinai Centrum
Dit boek geeft een overzicht van wetenschappelijke kennis, ervaringsverhalen en best practices op het gebied van leefstijlpsychiatrie. Daarnaast biedt het praktische handvatten die direct toepasbaar zijn in het voorkomen en behandelen van psychiatrische aandoeningen. Het boek richt zich op alle professionals binnen de geestelijke gezondheidszorg die een bijdrage willen leveren aan verbetering van leefstijl binnen de psychiatrie.
Leefstijlpsychiatrie is het eerste brede, Nederlandstalige overzicht van actuele wetenschappelijke kennis over de rol van leefstijl in de preventie en behandeling van psychiatrische aandoeningen. Het boek beschrijft eerst het belang van leefstijl en richt zich daarna op diagnostiek en behandeling. De belangrijkste leefstijlaspecten zoals beweging, voeding, verslaving en slaap passeren uiteraard de revue, net als ervaringsverhalen en de rol van de hulpverlener. Ook is er aandacht voor de praktische kant, met hoofdstukken over bijvoorbeeld communicatie, implementatie en ethische dilemma's.
In lijn met onder andere de versteviging van leefstijlgeneeskunde waarin de nadruk ligt op lichamelijke ziekten, neemt ook de aandacht voor de rol van leefstijl voor onze psychische gezondheid toe. Het verbeteren van leefstijlfactoren bij mensen met psychische klachten kan het herstel bespoedigen en verergering van klachten en terugval voorkomen.
Prof. dr. Wiepke Cahn is psychiater en hoogleraar lichamelijke gezondheid bij psychiatrische aandoeningen bij het UMC Utrecht en Altrecht. Dr. Jeroen Deenik is onderzoeker en gezondheidspsycholoog bij GGz Centraal en assistant professor bij Maastricht University. Dr. Jentien Vermeulen is psychiater in opleiding en onderzoeker aan de Afdeling Psychiatrie van Amsterdam UMC, locatie AMC.
Dit praktische, up-to-date en overzichtelijke boekje geeft de belangrijkste informatie over acute presentaties van psychiatrie-gerelateerde ziektebeelden. Dit zijn zowel presentaties van acute psychiatrische ziektebeelden als presentaties die het gevolg zijn van gebruik van psychofarmaca en genotsmiddelen. Het boekje Acute psychiatrie biedt praktische evidence-based informatie met gestandaardiseerde handvatten die direct toepasbaar zijn in de klinische praktijk.
De onderwerpen in deze geheel herziene tweede editie van Acute psychiatrie zijn geselecteerd omdat ze enerzijds veelvuldig voorkomen in de praktijk en anderzijds snelle actie vereisen van de behandelend arts. Dit boekje geeft hierdoor de juiste kennis zodat iedere arts snel kan handelen bij een acute psychiatrische presentatie. Dit geldt voor alle patiënten die door psychiaters (i.o.), huisartsen, artsen op de spoedeisende hulp, verpleegkundig specialisten en medewerkers van een crisisdienst worden gezien vanwege een acute psychiatrische presentatie.
De hoofdstukken hebben een vaste indeling: achtergrond, epidemiologie, differentiaaldiagnose, aandachtspunten (inzake anamnese, psychiatrisch onderzoek, lichamelijk onderzoek en aanvullend onderzoek) en behandeling. Waar relevant staan aandachtspunten genoemd voor de categorieën kinderen, adolescenten en mensen met een verstandelijke beperking. Adviezen voor ouderen zijn in de standaarden verwerkt in de onderdelen waar ze van toepassing zijn.
Acute psychiatrie is geschreven onder redactie van Jurjen Luykx, Joeri Tijdink, Christiaan Vinkers en Lot de Witte. Daarnaast hebben vele AIOS psychiatrie, psychiaters en andere experts meegeschreven aan de verschillende hoofdstukken.
Dit boek helpt therapeuten om de stoelentechniek toe te passen in hun praktijk. Met die techniek kunnen ze cliënten helpen afstand te nemen van oude overtuigingen en verstandelijk inzichten om te zetten in correctieve emotionele ervaringen. Voor therapeuten die al ervaring hebben met de techniek biedt het boek handvatten om effectiever de uitdagende situaties te kunnen hanteren bij het toepassen van de stoelenoefening.
Het boek beschrijft de toepassing van de stoelentechniek in de verschillende fasen van de behandeling. Achtereenvolgens behandelt het boek de stoelentechniek in de analysefase, de beginfase, de middenfase en de eindfase. Het boek biedt telkens tal van variaties in het gebruik van de techniek, met veel praktijkvoorbeelden. Elk van deze hoofdstukken eindigt met het beantwoorden van diverse `Wat nou als...?'-vragen waar therapeuten in de klinische praktijk mee te maken krijgen. Vervolgens behandelt het boek specialistische toepassingsgebieden zoals rouw en relatieproblemen, en beschrijft het de mogelijkheden om stoelentechniek online in te zetten. Het laatste hoofdstuk richt zich op valkuilen voor de therapeut.
Stoelentechniek theorie en praktijk is geschreven door Remco van der Wijngaart, psychotherapeut en gezondheidszorgpsycholoog. Hij is meer dan twintig jaar werkzaam geweest op een academische afdeling van een ambulante instelling voor geestelijke gezondheidszorg. Daar participeerde hij als therapeut aan diverse behandelstudies bij angst-, somatoforme- en eetstoornissen en persoonlijkheidsstoornissen. In een eerste behandelstudie naar de effectiviteit van schematherapie voor borderlinepersoonlijkheidsstoornis is hij getraind en gesuperviseerd in de stoelentechniek door Jeffrey Young, grondlegger van schematherapie. Momenteel is Remco werkzaam in een zelfstandige praktijk voor psychotherapie in Maastricht. Hij heeft, in samenwerking met anderen, diverse audiovisuele producties ontwikkeld, zoals Fine Tuning Chairwork waarin 34 scènes alle facetten tonen van de stoelentechniek.
We leven steeds langer - langer in gezondheid, maar ook langer met chronische ziekten en beperkingen. Het huidige beleid is erop gericht dat ouderen zolang mogelijk in hun eigen woonomgeving kunnen blijven wonen, ook als zij kwetsbaar worden. Dit geeft het belang aan van goede eerstelijnsgeneeskunde die voldoende is uitgerust om ouderen zonder en met matige tot ernstige ziektelast goed te behandelen en te begeleiden.
Ouderengeneeskunde in de eerste lijn bestaat uit twee delen. In het eerste deel worden overkoepelende onderwerpen behandeld: de visie op ouderen vanuit de maatschappij, de huisartspraktijk en het zorgmanagement, de wet- en regelgeving en de vroeg-signalering en screening.
In het tweede deel, over klachten en ziektebeelden, wordt een overzicht gegeven van de klachten die ouderen kunnen hebben, zoals functieverlies, chronische pijn, acute verwardheid, gedragsproblemen en chronische dyspnoe. Geheel nieuwe hoofdstukken zijn die over de oudere met een verstandelijke beperking en over de veerkrachtige oudere in het licht van Positieve Gezondheid.
Het boek richt zich op huisartsen en praktijkondersteuners die zich bezighouden met ouderenzorg. Ook specialisten ouderengeneeskunde en verpleegkundig specialisten zullen in deze editie veel bruikbare informatie vinden. Het boek helpt de lezer zich te spiegelen aan de behandelde casuïstiek en praktische aanwijzingen.
De redactie bestaat uit een huisarts en drie specialisten ouderengeneeskunde, die ook werkzaam zijn in het onderwijs en de wetenschap. De hoofdstukken zijn geschreven door huisartsen, medisch specialisten, verpleeghuisartsen en anderen met een specifieke specialisatie.
Dit boek helpt zorgprofessionals bij het toepassen van schematherapie in de behandeling van kinderen, adolescenten, en hun ouders of (gezins)systeem. Het is bedoeld voor (klinisch) psychologen, psychotherapeuten en andere hulpverleners, en voor wie daarvoor een opleiding volgt. Toegepaste schematherapie bij kinderen en adolescenten biedt een breed overzicht van de toepassingsgebieden van schematherapie voor jeugdigen en hun gezins(systeem). Het laat eerst zien hoe de therapie inzicht geeft in de verschillende kanten (modi) en niet-adaptieve patronen die gedurende iemands leven zijn ontstaan. Vervolgens beschrijft het hoe schematherapie er in de praktijk uitziet voor verschillende doelgroepen, zoals jongeren met LVB of in de gesloten jeugdzorg. Telkens komen de technieken aan bod waarmee jongeren en hun omgeving geholpen kunnen worden om patronen te doorbreken en rekening te houden met de eigen behoeften en die van de omgeving.
Dit boek biedt een vrijwel compleet overzicht van de actuele kennis op het gebied van bekkeninstabiliteit: rug- en bekkenklachten die tijdens de zwangerschap of de bevalling kunnen ontstaan. In heldere bewoordingen lees je: wat bekkeninstabiliteit precies is, waardoor je het kunt krijgen, welke klachten zich hierbij voordoen, wat je er zelf aan kunt doen (handigheidjes en hulpmiddelen), wanneer het verstandig is om naar een deskundige te gaan.Daarnaast schenkt dit boek aandacht aan oefentherapieën en alternatieve geneeswijzen. Maar ook niet-medische aspecten, zoals arbeidsongeschiktheid en de wet- en regelgeving, komen aan de orde. Het boek wordt afgesloten met een overzicht van vaak gestelde vragen, een woordenlijst en websites die je kunt raadplegen als je meer specifieke informatie wilt.
Therapeuten zijn al twee decennia enthousiast over het werken met Schematherapie. De effectiviteit van Schematherapie is hoog en de positieve resultaten zijn internationaal erkend en bevestigd. In de Schematherapie wordt de Gezonde Volwassene gepositioneerd tegenover de kwetsbare kanten en destructieve kanten van de cliënt. In dit boek worden vanuit verschillende disciplines interventies beschreven, die specifiek ontwikkeld zijn voor het vergroten en versterken van de Gezonde Volwassene. Deze interventies komen zowel uit de Schematherapie zelf als uit de Positieve Psychologie en Mindfulness. Deze laatste stromingen winnen gestaag aan populariteit en maken gebruik van inspirerende technieken en begrippen als welbevinden en compassie. De auteurs houden een pleidooi voor een verdere integratie van de Schematherapie en deze nieuwe, krachtgericht werkende stromingen. Hierdoor kan de Schematherapie nog effectiever zijn. De Gezonde Volwassene wordt daarbij- niet als modus maar als mens- een kracht in het omgaan met de complexe uitdagingen van het leven. Anne-Marie Claassen en Silvia Pol werken beiden reeds jaren met Schematherapie en hebben zich samen met collega's vanuit verschillende disciplines met name gericht op het beschrijven van de praktische toepassingen van positieve technieken in de (groeps-) schematherapie.
Dit welbekende handboek biedt een brede en geïntegreerde kijk op (complexe) persoonlijkheidspathologie en -problematiek en gaat uitvoerig in op diagnostiek en behandeling ervan. Deze geheel herziene derde druk is aangepast aan de nieuwste ontwikkelingen en aan de DSM-5. Er is een hoofdstuk toegevoegd over het in de DSM-5 sectie III opgenomen alternatieve model voor het diagnosticeren van persoonlijkheidspathologie. De gewijzigde visie op 'somatoforme stoornissen' van de DSM-5 is toegevoegd. Daarnaast is er aandacht voor de nieuwste ontwikkeling op het gebied van de netwerk- en symptoomtrajectbenadering van psychopathologie. Aan de orde komen ook neurofysiologische correlaten en de invloed van gen-omgevingstransactie op het ontstaan van persoonlijkheidspathologie. Er wordt ingegaan op de voorlopers van ernstige persoonlijkheidsproblematiek in de vroege ontwikkeling van het kind en de invloed van langdurige vroegkinderlijke negatieve ervaringen op de ontwikkeling van de borderline persoonlijkheidsstoornis. Opnieuw hebben vele experts vanuit uiteenlopende referentiekaders, recente wetenschappelijke bevindingen en inzichten, en diagnostische en behandelmethodieken een bijdrage geleverd aan dit boek. Het is zowel een naslagwerk als praktisch boek voor psychologen, gz-psychologen, klinisch psychologen, psychiaters en zij die daartoe in opleiding zijn.
Dit boek gaat over intimiteit en seksualiteit bij mensen met dementie en hun partners. Dat zijn algemeen menselijke basisbehoeften, die niet verdwijnen als mensen ouder worden of dementie krijgen. Als die behoeften niet worden vervuld, dan kunnen mensen ongelukkig worden en liggen eenzaamheid, depressie en gedragsproblemen op de loer. Hoe komt het dan toch dat we hieraan zo weinig aandacht besteden in de professionele zorg voor mensen met dementie? En hoe kunnen we dat veranderen?
Het boek is ook bedoeld voor partners van mensen met dementie. Ook zij kunnen het moeilijk hebben. Door de dementie verandert de relatie met hun partner en kunnen intimiteit en seksualiteit op de tocht komen te staan. Intimiteit en seksualiteit bij dementie geeft praktische adviezen aan professionals én aan mensen met dementie en hun partners.Inclusief gratis ebook op Mijn BSL met bijbehorende extra's.
Acceptatie en Commitment Therapie bij kinderen en jongeren is een dynamisch werkboek, waarbij alle elementen/vaardigheden voor psychologische flexibiliteit aanwezig zijn, maar waar de volgorde minder vast staat. Het werkboek wordt gebruikt als een soort kaartenbak met oefeningen die los gebruikt kunnen worden of als geheel: achter elkaar, door elkaar. Dit werkboek heeft als doel voldoende algemene theoretische ondersteuning te bieden voor onbekenden met de methodiek om het toe te kunnen passen. De uitgave is een aanvulling op bestaande boeken over de theorie en praktijk vanwege de theoretische koppeling van ACT met kinderen en jongeren; de oefeningen en metaforen die worden gebruikt, zijn aangepast op de belevingswereld en ontwikkelingsniveau van kinderen en jongeren. Vanwege de grote verzameling van oefeningen en metaforen, gepresenteerd als `kaartenbak' in dit werkboek, zijn onbekenden met ACT eerder geneigd de methodiek toe te passen.
Dit boek is voor iedere behandelaar die mensen met dwangklachten effectief en met plezier wil behandelen. Je leest alles wat je over de obsessieve-compulsieve stoornis (OCD) moet weten om slagvaardig te kunnen diagnosticeren en behandelen. Onderdeel van het boek is het uit 20 sessies bestaande behandelprotocol Inference Based Approach (IBA), een nieuwe en effectieve psychotherapeutische behandelmethode voor OCD.
In Behandeling van OCD nemen de auteurs, een psychotherapeut en iemand met OCD, je mee in de belevingswereld van mensen met OCD. Ze laten zien wat je kunt doen als de praktijk weerbarstig is en je er met de multidisciplinaire richtlijn, zorgstandaard en behandelprotocollen niet uit komt. Bijvoorbeeld als de patiënt geen baat heeft bij cognitieve gedragstherapie (CGT) en medicatie, of dit niet aandurft.
Deel I van dit boek reikt je zowel praktische hulpmiddelen aan, als theoretische kennis over onder meer de neurobiologie en neuropsychologie van OCD. Door aansprekende casuïstiek en wetenschappelijk inzicht leer je OCD beter herkennen en kan je behandeling toespitsen op wat voor jouw patiënt en diens naasten het best werkt.
Deel II omvat het IBA-behandelprotocol, inclusief huiswerkopdrachten voor de patiënt. Deze leert zich te baseren op wat er aan de hand is, niet op wat er aan de hand zou kunnen zijn. Je leert de patiënt daarbij niet te doen wat hij niet durft, maar te zien dat alles al in orde is.
Emotieregulatie is een primaire levensvoorwaarde, niet minder belangrijk dan eten en drinken. Tegenover comfortabele emoties als blijdschap en geluk staan immers ook emoties als afgunst, angst, jaloezie, schaamte, schuld, verdriet, walging en woede. Daar moet een mens mee zien om te gaan. En dat maakt `helpen bij emotieregulatie' bijna synoniem aan `psychotherapie'.
Wie er gewoonlijk in slaagt om positief met zijn emoties om te gaan, is evenwichtig. Maar er zijn eindeloos veel omstandigheden denkbaar waarin het evenwichtsgevoel faalt. De kunst van dat evenwicht bewaren, kan door iedereen getraind worden, al dan niet geholpen door een coach of hulpverlener.
In dit boek beschrijft Nelleke Nicolai het alfa en omega van emotieregulatie. Ze maakt daarbij onderscheid tussen affecten (onbewuste reacties op externe prikkels), emoties (deels bewuste en deels onbewuste reacties op prikkels) en gevoelens (emoties waaraan actief een betekenis wordt toegekend).
Dit boek helpt zorgprofessionals om leefstijlgeneeskunde toe te passen in hun eigen praktijk. Leefstijlgeneeskunde past in elke fase van de gezondheidszorg, van preventie van chronische ziektes tot onderdeel van de behandeling. Dit boek richt zich dan ook op alle zorgprofessionals: van medisch specialisten, huisartsen en praktijkondersteuners, tot paramedici, verpleegkundigen en leefstijlcoaches. Zo biedt het een startpunt om leefstijlgeneeskunde zorgbreed in te zetten.Leefstijlgeneeskunde in de praktijk behandelt alles wat nodig is om patiënten, cliënten of coachees te begeleiden naar een gezonde leefstijl. In de eerste plaats is dat kennis over de verschillende leefstijlfactoren. Want wat is gezonde voeding? Wat is voldoende beweging, hoe zit het met slaap en hoe past zingeving in het hele verhaal? Daarna komen gedragsverandering en gesprekstechnieken aan bod. Om mensen te laten veranderen, is er immers meer nodig dan kennis alleen.
Het boek bevat casuïstiek, praktische tools en interviews met zorgverleners. Verschillende pioniers vertellen hoe zij leefstijlgeneeskunde toepassen in de eigen setting en hoe zij al deel uitmaken van de nieuwe beweging: van ziekenzorg naar gezondheidszorg.
Dit boek brengt de dilemma's in beeld waarvoor je komt te staan als je zorgt voor iemand met dementie. Deze dilemma's worden besproken aan de hand van acht waarden waaruit het dilemma voortkomt, zoals autonomie en veiligheid. Het boek richt zich op verzorgenden en verpleegkundigen (in opleiding).
Steeds meer huisartsen ervaren dat werken met Positieve Gezondheid veel oplevert. Het helpt om een ander gesprek te voeren met de patiënt. De focus ligt niet op ziekte, maar op wat er wél kan. Dat is prettig voor de patiënt. En ook voor de huisarts. Maar hoe zetten we Positieve Gezondheid in? Daar biedt dit handboek nuttige handvatten voor!Dit boek zit boordevol tips, vertelt de ontstaansgeschiedenis en geeft praktijkvoorbeelden. Het neemt je mee in het gedachtegoed van Positieve Gezondheid - dat nadrukkelijk oog heeft voor wat betekenisvol is voor de patiënt. Maar bovenal nodigt dit boek je uit om met Positieve Gezondheid aan de slag te gaan in de spreekkamer, in de praktijkorganisatie en in de wijk. Want juist in samenhang zit de kracht. In al die onderdelen ervaar je hoe Positieve Gezondheid naadloos aansluit bij de kernwaarden en uitdagingen van de huisartsgeneeskunde.
Het handboek is bedoeld voor professionals in de huisartspraktijk - en voor wie daarvoor in opleiding is. Tal van huisartsen hebben meegedacht over wat zij in dit boek willen terugvinden. De uitgave is dan ook onmisbaar voor wie met Positieve Gezondheid betekenisvolle huisartsenzorg wil bieden.
Over de auteurs
Machteld Huber is voormalig huisarts en grondlegger van Positieve Gezondheid. Huisartsen Hans Peter Jung en Karolien van den Brekel-Dijkstra werken dagelijks met het gedachtegoed in de praktijk. Alle drie zijn ze verbonden aan het Institute for Positive Health. "Positieve Gezondheid is een stimulerende werkwijze om de problemen van patiënten in de huidige tijd te tackelen." - Ella Kalsbeek
Angst-, stemmings-, eet- en persoonlijkheidsstoornissen worden vaak in stand gehouden doordat het cliënten ontbreekt aan zelfsturend vermogen. Zij hebben problemen met hun zelfbewustzijn, zijn te (weinig) gevoelig voor anderen en/of hebben moeite met het hanteren van nieuwe situaties.Dit Behandelprotocol voor autonomieversterkende interventie neemt de overkoepelende autonomieproblematiek als uitgangspunt en dringt daarmee door tot de kern van de stoornis. De hier beschreven groepsinterventie grijpt in op cognitief, gedragsmatig, interpersoonlijk en emotioneel niveau. Centraal staat het innovatieve begrip 'autonomie-gehechtheid', waarin voorop staat dat de cliënt het `eigen ik' in verbondenheid met anderen verder ontwikkelt dan wel hervindt.Het protocol voorziet in ten minste vijftien groepsbijeenkomsten van elk twee uur waarin telkens een thema centraal staat, zoals overlevingsstrategieën, omgaan met grenzen, emoties en cognities, en afscheid en terugvalpreventie. Tijdens de bijeenkomsten werken cliënten aan het ontwikkelen en vergroten van hun autonomie: aan het versterken van hun zelfgevoel, het vergroten van hun verbondenheid met anderen zonder zichzelf `kwijt te raken', en aan het makkelijker omgaan met nieuwe situaties. Als gevolg van deze (groeps)interventies zullen cliënten minder klachten ervaren en nieuw gedrag vertonen.Het boek is bestemd voor professionals werkzaam in de GGZ waaronder gezondheidszorg- en klinisch psychologen, psychiaters, psychotherapeuten en zij die daartoe in opleiding zijn.
Dit boek geeft studenten, docenten en professionals in de verslavingszorg een gedegen overzicht van de belangrijkste aspecten van verslaving en de verslavingszorg. De focus ligt op gebruik, misbruik en afhankelijkheid van psychoactieve stoffen als alcohol, heroïne, cocaïne, XTC en cannabis. Daarnaast is er ook aandacht voor excessief gokken en andere gedragsverslavingen.
Wat elke professional over verslaving moet weten is opgebouwd uit vier hoofdstukken: Middelen, gebruik en gebruikers, Misbruik en afhankelijkheid, Maatschappelijke gevolgen en overheidsbeleid, en Behandeling, zorg en herstel bij verslaving. In deze derde editie zijn de praktische informatie en de literatuurlijsten geactualiseerd. Nieuw is de aandacht voor herstelondersteunende zorg en verslavingszorg vanuit het perspectief van de cliënten. De tekst bevat veel verwijzingen naar websites met goede, actuele overzichten en praktische informatie over hulpverlening.
Dit boek is geschreven door dr. Jaap van der Stel, op initiatief en onder verantwoordelijkheid van de stichting Resultaten Scoren. Resultaten Scoren heeft onder andere als doel om moderne verslavingskunde te bevorderen in opleidingen, trainingen en na- en bijscholing van professionals in de gezondheidszorg.
Dit boek laat zien wat het lichaam van een patiënt de psychotherapeut in klinische situaties kan vertellen. Het helpt om lichaamstaal te leren zien en te interpreteren, om beter te begrijpen wat patiënten je vertellen. Aan de hand van filosofische, intersubjectieve en neurobiologische theorieën legt het uit waar je op kunt letten, en beschrijft het specifieke lichaamsgerichte interventies. Het boek is bedoeld voor psychiaters, psychologen en psychotherapeuten, maar is ook geschikt voor de geïnteresseerde leek.
Het lichaam in psychotherapie begint met een korte inleiding in de gedachten over lichaam en geest in de psychiatrie en de filosofie. Vervolgens behandelt het in verschillende hoofdstukken onder meer de geschiedenis van het lichaam in de psychotherapie, de functie van de beide hersenhelften, de huidgrens en de effecten van sociale aanraking. Daarna volgen hoofdstukken over neuroceptie, interoceptie en ons lichaam in relatie met anderen. De laatste hoofdstukken gaan over de klinische praktijk van het niet-ervaren lichaam, verhalen van patiënten die in verwarring zijn over hun lichaam, en de lichamelijke respons van de psychotherapeut in de somatische resonantie en de tegenoverdracht.
Dit boek biedt een praktische en volledige beschrijving van imaginaire rescripting als behandelmethode voor diverse klachten. Op overzichtelijke wijze wordt beschreven hoe de techniek toegepast kan worden in de behandeling van persoonlijkheidsproblematiek of als op zichzelf staande behandeling van angst- en stemmingsklachten. Daarnaast worden diverse specialistische toepassingsgebieden besproken zoals het gebruik van imaginaire rescripting bij nachtmerries, eetstoornissen dwangstoornis etc. Dit boek is een onmisbaar handboek voor therapeuten die deze techniek willen leren maar biedt door zijn volledigheid ook een mogelijkheid om reeds bestaande kennis en vaardigheden verder uit te breiden.
Het boek beschrijft de verschillende fasen van de techniek. Beschreven wordt hoe een imaginatie-oefening kan worden gebruikt in de diagnostiekfase, hoe de therapeut beelden rescript tijdens de beginfase van de behandeling en hoe de cliënt leert zelf betekenisvolle beelden uit het verleden te herschrijven. Tenslotte wordt ook beschreven hoe imaginaire rescripting een methode kan zijn om de cliënt voor te bereiden op toekomstige triggersituaties.
Iedere stap wordt toegelicht met overzichtelijke praktijkvoorbeelden. Daarnaast wordt ingegaan op diverse uitdagende situaties die clinici in de praktijk tegenkomen zoals cliënten die zeggen geen beelden te hebben, die worstelen met schuldgevoelens tijdens de rescripting, die zich kritisch uitlaten over de oefeningen en vele andere probleemsituaties.
Remco van der Wijngaart is psychotherapeut en gezondheidszorgpsycholoog. Hij is meer dan 20 jaar werkzaam geweest op een academische afdeling van een ambulante geestelijke gezondheidszorginstelling waar hij opgeleid is in cognitieve gedragstherapie en schematherapie waarbij imaginaire rescripting een veelgebruikte interventie is. Momenteel is hij werkzaam in een zelfstandige praktijk voor psychotherapie.
Dit handboek biedt een overzicht van diverse slaapstoornissen, de diagnostiek en behandeling daarvan en hun relatie tot de psychiatrie en gebruik van psychofarmaca.
Gezonde slaap is essentieel voor het functioneren van de hersenen. Slecht slapen is voorspellend voor het ontstaan van psychische klachten, voor de mate van remissie en het risico op terugval. Slaapstoornissen komen frequent voor bij vrijwel alle psychiatrische stoornissen en vormen één van de belangrijkste transdiagnostische symptomen.
Slaapstoornissen in de psychiatrie gaat per psychiatrische aandoening uitvoerig in op de wisselwerking tussen psychiatrie en slaapstoornissen, waarbij epidemiologie, pathofysiologie en specifieke behandelmogelijkheden aan bod komen. Tot slot wordt aanvullend aandacht besteed aan zowel medicamenteuze en niet-medicamenteuze behandeling en aan enkele specifieke doelgroepen. Het boek geeft een verdiepend kader aan deze diagnose-overstijgende problemen, waarbij de theoretische achtergrond wordt geïllustreerd met praktijkvoorbeelden.
Dit boek is bedoeld voor clinici, zoals psychiaters, psychologen, (huis)artsen en andere specialisten in de GGZ die zich willen verdiepen in de veelvuldig gemelde slaapproblemen bij mensen met een psychiatrische aandoening.
Het boek staat onder redactie van prof. dr. Marike Lancel, drs. Maaike van Veen en dr. Jeanine Kamphuis, allen verbonden aan het Expertisecentrum Slaap en Psychiatrie, GGZ Drenthe.
Een kwart van alle Nederlanders heeft minstens één dag per week last van hoofdpijn; ruim een half miljoen mensen lijdt zelfs dagelijks aan hoofdpijn. Chronische hoofdpijnen zowel spanningshoofdpijn als migraine verminderen de kwaliteit van leven aanzienlijk. De pijn heeft een grote impact op vrijwel alle aspecten van je dagelijkse leven en belemmert je in je werk en sociale activiteiten. Dit gaat vaak gepaard met emotionele problemen, waardoor ook de naaste omgeving onder de kwaal gebukt gaat. Kortom: lijden aan chronische hoofdpijn zet je leven op zijn kop. Leven met chronische hoofdpijn laat zien dat aan de basis van chronische hoofdpijn een lichamelijke overgevoeligheid ligt. Het lichaam kan door een scala aan factoren zodanig worden geprikkeld dat de hoofdpijn wordt uitgelokt of in stand wordt gehouden. Dit boek helpt je te ontdekken welke factoren bij jou een rol spelen en geeft je 'gereedschap' om er anders mee om te gaan. Hierdoor is het mogelijk de hoofdpijn aanzienlijk terug te brengen. Een bijgeleverde cd met ontspanningsoefeningen maakt het nog gemakkelijker om zelf aan de slag te gaan. Leven met chronische hoofdpijn verschijnt in de reeks Van A tot ggZ. Kijk voor meer informatie op www.a-ggz.nl.